Lokaal, Sociaal en Ecologisch!

knotten en laten knotten

Knotbomen bestaan al van voor onze jaartelling. Ze worden gebruikt als landafscherming, voor het verstevigen van oevers van beken en taluds en natuurlijk voor de houtwinning. In onze streek zie je vooral knotwilgen maar ook Essen, Elsen, Eiken, Linden, Iepen, Populieren,Veldesdoorn,… kunnen als knotboom worden gecultiveerd. Ze hebben ook een hoge ecologische waarde. Het Regionaal Landschap Houtland wenst de knotboom in onze contreien te beschermen. Via de website goedgeknot.be vinden eigenaars van knotbomen en knotters elkaar. De eigenaar kan z’n bomen gratis laten onderhouden en in ruil voor z’n werk mag de knotter het brandhout meenemen.

Waarom knotwilgen zijn wat ze zijn…

Als je een boom omhakt hou je wel hout over, maar de boom is weg. Sommige soorten blijken echter gemakkelijk terug uit te schieten, zoals de Salix Alba of schietwilg. Lang geleden ontdekte men dus dat deze zeer snel groeiende boom garant kon staan voor een grote houtopbrengst zonder dat je nieuwe bomen moest aanplanten of verder moest lopen om hout te gaan halen, iets wat de mens, als luie diersoort zijnde, zeer goed uitkwam. Bovendien deden de wortels van de knotwilg ook dienst als versteviging voor oevers, kan je manden of afsluitingen vlechten van de twijgen en heeft hij ook nog eens geneeskundige krachten: de actieve stof salicinezuur lag aan de basis van de gekende pijnstiller aspirine.
De mens knotte dus de wilg en genoot vervolgens voor vele eeuwen van z’n uitvinding.

Een Steenuiltje geniet van de zon in een knotwilg. -Afbeelding van Brigitte Peters via Pixabay
De knotwilg, een ecosysteem op zichzelf

Maar de knotwilg is niet enkel een fantastische uitvinding voor de mens, ook de natuurwaarde is niet te onderschatten.
Tussen de takken van een knotwilg wemelt het als het ware van de vliegende insecten. En waar vele insecten zitten… zitten ook dieren die van deze insecten leven. Vleermuizen en vogelsoorten als spreeuwen, mezen, boerenzwaluwen,… eten er hun buikje aan vol.
Vele vogelsoorten vinden ook nestelplaats in de tronken van de knotwilg met als absolute blikvanger het steenuiltje dat als holenbroeder z’n hartje kan ophalen in de holtes die ontstaan door verrotting van de boom.
Ook muizen en marters en amfibiën vinden een schuilplaats in de knotwilg.

Ik wil een knotwilg!

Stel nu… je wil zo’n knotwilg in je tuin of een rijtje knotwilgen langs een weiland of een beek. Hoe begin je daar dan aan?

Je kan natuurlijk een boompje gaan kopen in het tuincentrum, maar dat is weggesmeten geld. Jonge knotwilgen groeien immers letterlijk aan de bomen, een eigenschap die geld vooralsnog niet heeft.
Je gaat dus beter in de periode november-maart op zoek gaat naar iemand die net dan z’n wilgen moet knotten (waarover straks uiteraard meer). Dan vraag je natuurlijk aan die knotter of hij enkele “planters” of “poters” voor je aan de kant wil houden. Dit zijn rechte stammen van zo’n 2,5 tot 3 meter lang met een dikte van 6 a 8 cm. Snij met een mes aan de onderkant van de tak de schors over een afstand van 30 cm weg en steek de stam dan zo’n 50 tot 70 cm in de grond en stamp de aarde goed aan. Zo. Boompje geplant!
Boompalen hoef je ook al niet te voorzien: In het begin zal dit boompje amper wind vangen en de wortelvorming zal al snel op gang komen.

Een jonge knotwilg. Afbeelding van Mabel Amber via Pixabay

Ook het onderhoud van de knotwilg is eigenlijk een makkie. De eerste 2 jaar snij je aan het einde van het jaar alle scheuten af, behalve de scheuten aan de bovenste 30 cm van je knotwilg. Die laat je lekker groeien. In het 3e jaar begint het knotten dan: je zaagt alle takken af maar laat aan de bovenste takken zo’n 5 tot 10 cm staan. De eerstvolgende jaren doe je dit best ieder jaar… daarna ongeveer om de 4 jaar zodat de takken niet te zwaar worden. Dat zorgt ervoor dat de stam niet uitscheurt en het vermindert ook het gevaar bij het knotten. Je kan er ook voor kiezen om steeds enkele takken verder te laten uitgroeien en de rest weg te doen. Deze zullen dan sneller groeien wat de houtopbrengst uiteraard doet stijgen.

Knotten… niet voor iedereen weggelegd

Jonge knotwilgen kan je makkelijk zelf onderhouden… maar wanneer de takken wat langer en zwaarder worden ontzien veel mensen het knotten of hebben ze niet het goede materiaal om dit werk uit te voeren waardoor het werk soms wordt uitgesteld en er zich plotseling toch wel grotere takken beginnen te vormen.
Zoals reeds in de inleiding aangegeven hoeft dit geen probleem te zijn. Via de website goedgeknot.be kan je immers in ruil voor het hout je bomen laten knotten door vrijwilligers die weten wat ze doen. Let wel: als je wil dienst doen op de vrijwilligers van Regionaal Landschap Houtland moeten de bomen wel op het platteland staan en dus niet in een dorpskern of wijk.
Indien je niet op het platteland woont kan je beter een tuinaannemer laten komen. Die komt natuurlijk niet gratis, maar het brandhout is dan wel voor jezelf.

2 thoughts on “knotten en laten knotten”

  1. Typo? Misschien bij eerste link “goedgeknot.be” in tekst 1 “w” verwijderen? Link adres “wwww.goedgeknot.be” werkt niet.
    Wouter, dank voor de goede info.
    🙂

reageer op dit bericht

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.