Lokaal, Sociaal en Ecologisch!

Hoe een discussie over een bushokje er een over erfgoed kan worden…

Sinds kort prijkt er een bushokje voor de OLV-Kerk foto: hln

Enkele dagen geleden stootte ik toevallig op een mooie metafoor om het beleid van onze werelderfgoedstad inzake ruimtelijke ordening te omschrijven.
Het gaat om een vrij groot uitgevallen ‘buskot’ die op zich niet echt mooi te noemen valt, en bovendien nog eens pontificaal voor het Maria-altaar aan de voet van een icoon van ons cultureel erfgoed staat te wachten op busreizigers die hebben ontdekt waar ze nu weer kunnen opstappen op een lijn die min of meer in de richting van hun bestemming rijdt.

Het stadsbestuur heeft haar handen vol aan het koesteren van haar werelderfgoed en de stadsdiensten buigen zich schijnbaar onophoudelijk over nieuwe mobiliteits- en beleidsplannen. Maar in al die vergaderingen met experts raakt de realiteit soms verloren onder de papieren…

Voorzitter van de vzw Marcus Gerards Andries Van Den Abeele.: “Dit bijgebouwde bushokje moet het resultaat zijn van losgeslagen bureaucratie. Voor zover we weten is hiervoor geen voorafgaand openbaar onderzoek geweest, het is althans niet kenbaar gemaakt.

Daardoor werden we niet in de mogelijkheid gesteld om vooraf bemerkingen te maken of bezwaren in te dienen. Een hok op deze plek tart de verbeelding en toont aan wat er toch nog aan negatieve ingrepen mogelijk blijkt in de werelderfgoedstad Brugge. Ieder zinnig mens zal het er mee eens zijn dat zoiets niet past aan de voet van een van de belangrijkste Brugse monumenten.”

verborgen achter het bushokje… foto: wikimedia

De VZW Marcus Gerards ijvert reeds sinds de jaren ’60 met wisselend succes voor behoud en bescherming van ons cultureel patrimonium.
Sinds de Brugse binnenstad in haar geheel door Unesco werd erkend als werelderfgoed in 2000 hebben zij en andere actiegroepen er een goede bondgenoot bijgekregen. Brugge was trots op haar nieuwe statuut maar de actiegroepen zagen dat een verhoogde aandacht en bescherming van stadsgezichten, historische open ruimten en monumenten vaak dode letter bleef. Ze brachten dit onder de aandacht van UNESCO die dan ook in 2010 op inspectie kwam. Daaruit kwamen een hele reeks van maatregelen voort voor de Stad en de Vlaamse regering.
Het Brugse bestuur heeft de boodschap blijkbaar wel begrepen en begon de adviezen langzaam maar zeker te implementeren in het beleid. In 2012 kwam het Managementsplan uit. Het telt 400 blz en legt uitvoerig uit hoe de stad doorheen de eeuwen evolueerde, wat er in het verleden misliep met de monumentenzorg en ruimtelijke ordening en hoe men dat sinds de jaren ’70 steeds beter doet. Het doet ook verslag over wat er nog moet gebeuren. Dat blijkt nog heel wat te zijn…
Daarna kon men beginnen met de justitiële verankering van de  bescherming van haar onroerend erfgoed en het concretiseren naar de verschillende stadsdelen. Deze procedures zijn nog steeds lopende. Markant: De Brugse vesten en het stadslandschap Lange Rei kregen pas in 2015 definitieve bescherming..

Het zal sommige mensen wellicht verwonderen dat ik me zo erger aan de onachtzaamheid waarmee men omgaat met cultureel erfgoed, ik sta niet bepaald bekend als conservatief. Ik ben ook helemaal niet tegen vernieuwende projecten in harmonie met een levende cultuurstad die haar historische waarde erkend zoals dat zo mooi omschreven staat in de diverse beleidsnota’s. Historische panden kunnen heel best een nieuwe gebruikswaarde krijgen. Helaas gebeurt dit tot nu toe vaak zeer onoordeelkundig en onder impuls van projectontwikkelaars en commerciĂ«le ondernemers die weinig heel laten van de uniciteit waardoor deze gebouwen of stadszichten hun erfgoedbescherming kregen.
Veel historische panden zijn geen eigendom van de stad. Deze panden zijn natuurlijk zeer duur maar keer op keer laat de stad het afweten ze aan te kopen en komen ze in handen van ondernemers als bv Eddy Van Belle , voorzitter van de raad van bestuur van de Puratos Group en wereldwijd oprichter van commerciĂ«le chocolade-en frietmusea (Er is er ook eentje in Brussel, als ook Choco Story in Parijs, Praag, Mexico-stad, Brussel. Voorts zijn nog twee andere Choco Story’s in aanbouw in Mexico. met als kers op de taart een lampenmuseum in onze stad).
Beleidsmensen willen vaak de wildgroei aan toeristische en nachtwinkels tegengaan en meer ‘kwaliteitsvolle’ detailhandel promoten maar blijkbaar hebben ze er niets op tegen dat commerciĂ«le ‘eenheidsworstmusea waardevolle monumenten inpalmen. .. Ik erger me al jaren tegen aan het fiere uithangbord van deze onderneming

de Genovese loge of ’t Frietmuseum zoals het nu vaak genoemd word. foto: boekuwhotel.be

dat de gevel van de Genuese Loge (of Saaihalle) ontsiert en vrienden die de stad bezoeken doet gniffelen over de evolutie in de kijk op cultuur en handel in een stad. Op veel toeristische websites wordt het oudste Hanzehuis van de stad niet meer als dusdanig vermeld maar wel als Frietmuseum. Soms staat daar nog een zinnetje bij over het historisch belang van het pand…
Ik betaal alvast geen 7 euro om wat overblijft van het interieur te zoeken achter te panelen en installaties van wat tentoongesteld en geconsumeerd wordt…

Het kan ook erger.
In diverse beleidsnota’s over ruimtelijke ordening en vooral in het managementplan valt te lezen dat de historische open ruimtes in het stadslandschap moeten worden gevrijwaard en zoveel mogelijk moeten worden ontsloten voor het publiek.
In sommige gevallen wordt dat ook gedaan. De vernieuwing van het Baron Ruzettenpark verdient bij voorbeeld een pluim. Maar vaak winnen projectontwikkelaars het pleit waardoor waardevol groene plekken verloren gaan.
De gebeurtenissen in de Katelijnestraat zijn hier exemplarisch…

2 hotels & een betonnen vlakte is wat over blijft van wat ooit een kloostertuin was… foto: visitflanders

Eerder al liet men de tuin van het klooster der Alexianen verloren gaan. Daar staan nu 2 mastodonten van hotels rond een betonnen vlakte.
Sinds 2005 is het waardevolle klooster der Redemptoristinnen aan de beurt. Ondanks luid protest van buurtbewoners en diverse actiegroepen slaagden projectontwikkelaars , zeer welwillend bijgestaan door het stadsbestuur, erin om een geheel uniek beschermd klooster met grote tuin te verminken. De stad, die het in haar glossy brochures zo vaak heeft over bewonersparticipatie, bescherming van patrimonium en openstelling van groene ruimtes liet zich  ook na het verkrijgen van het statuut van werelderfgoedstad  liever niet in met de consequenties van al die mooie woorden.

Inspraak van burgers is blijkbaar niet aan de orde als projectontwikkelaars zich vastbijten op openbare ruimte. Toenmalige schepen van Ruimtelijke ordening Mercedes van Volcem (Open VLD) is nog steeds lyrisch over het project maar ook de huidige schepen liet zich gewillig fotograferen bij de eerste steenlegging in 2013.  De visitatie van Unesco kon het project niet terugdraaien hoewel het duidelijk ingaat tegen hun aanbevelingen.

Huisvesting in de binnenstad is natuurlijk belangrijk. De glossy beleidsbrochures besteden er veel aandacht aan. Men wil immers niet enkel een toeristische trekpleister zijn maar vooral een gezellige woonstad waar de vele hogeschoolstudenten na hun studies willen en kunnen blijven.
Daarom wil men het groeiend aantal vakantiewoningen die de huizenprijzen de hoogte injagen terugdringen. Tegelijk is er het beleidsplan om ‘kwalitatief verblijfstoerisme’ te stimuleren .
Een halt toeroepen aan het groeiend aantal B&B’ s en vakantiewoningen is dan wel een moeilijke oefening…
Brugge is wel degelijk een echte studentenstad geworden en dat is een goed element die zeker gestimuleerd mag worden door infrastructuur maar momenteel is er een enorme aanwas aan studentenkoten die de vraag, ook in de toekomst, overstijgt.
De zoektocht van een aantal’ jonge starters’ die na hun studies in Brugge willen blijven wonen en werken toont aan dat letterlijk alle huurwoonsten, appartementen, studio’s en kamers onder de 500 euro enkel worden verhuurd als studentenkoten….
In alle beleidsnota’s sinds de jaren ’70 wil men de leefbaarheid in de binnenstad vergroten door buurtscholen en kleuter- en lage scholen in elk stadsdeel te stimuleren.
Dit is zeker een lovenswaardig streefdoel en men kan het niet enkel aan het stadsbestuur verwijten dat dit streefdoel tot op heden niet werd verwezenlijkt. De aantrekking van de supermarkten blijft immers globaal nog steeds zeer groot en weinig mensen durven het nog aan om een buurtwinkel te beginnen. Over de problematiek van het verdwijnen van de kleine buurtschooltjes durf ik mij niet uitspreken wegens onvoldoende kennis over de materie. (Het interesseert me zeker, ik hoop dan ook dat iemand hier haar of zijn licht op kan laten schijnen..)

Ons erfgoed beperkt zich niet tot de binnenstad.  Sinds de visitatie van Unesco in 2010 probeert men zich consequenter aan de richtlijnen over met name de hoogte van nieuwe gebouwen in een perimeter rond de binnenstad te houden. Ook de toegangswegen en de historische evolutie van de randgemeenten en de wijdere omgevingen krijgen de aandacht die ze verdienen.
 De Damse Vaart is ‘voorlopig beschermd’ als onroerend erfgoed. Dat besliste de Vlaamse regering in juni van dit jaar. Momenteel loopt een openbaar onderzoek van negen maanden. Zonder grote bezwaren is de Damse Vaart, met al zijn bruggen en sluishuisjes, binnenkort misschien definitief beschermd erfgoed. Ook de bomenrijen genieten bescherming. Het kruispunt aan de Siphon wordt niet beschermd. Daar moet binnenvaart mogelijk blijven, zodat de economische ontwikkeling niet in het gedrang komt.
De stadskern van Damme is slecht gedeeltelijk beschermd. De omgeving is weliswaar voornamelijk ingekleurd als landbouwgebied maar zoals iedereen weet zijn dergelijke plannen aan snelle veranderingen onderhevig en al zeker geen garantie dat die landbouwgrond niet (verder) evolueert naar grote monocultuurvelden die het landschap ontsieren (als minste kwaal).

Lissewege, tot op heden nog steeds niet beschermd… zou de uitbreidingsdrang van de haven daar voor iets tussen zitten?

Ook de dorpskern van Lissewege, hoewel alom zo aangeprezen als authentiek en schilderachtig en een toeristische trekpleister is tot op heden niet in haar geheel beschermd.
Dit komt me een beetje vreemd voor daar de dorpskom van Dudzele wel reeds beschermd is.

Schikt men zich hier al naar die andere grote ambitie van het stadsbestuur nl. de vergroting van de Zeebrugse haven en haar ontsluiting naar het hinterland?
Ik reis wekelijks van Brugge naar Zeebrugge en zie de teloorgang van het landschap en hoe Lissewege en Ter Doest, steeds meer omringd door ‘de vooruitgang’ hun unieke historische landschapsomkadering verliezen. Dit in weerwil van wat in de glossy beleidsbrochures vol mooie foto’s staat geschreven over het belang om deze historische landschappen voor het nageslacht te bewaren..

Mobiliteit

Ik keer terug naar het’ buswachterslokaal’ aan de Onze Lievevrouwkerk.

Onze burgemeester, Renaat Landuyt (Sp.a):  “Het bushok is daar in overleg met De Lijn geplaatst. We zullen de brief niettemin ernstig bekijken en meenemen naar de evaluatie eind dit jaar. De situatie aan de kerk is nu mee beĂ¯nvloed door de werken aan Gruuthuse.”

Het einde van dit jaar is nog veraf maar ik zou hem bij deze gelegenheid nog een aantal bedenkingen willen meegeven voor de evaluatie.
Bussen voor de gevel van Gruuthuse laten stoppen is geen goede optie. Ik vraag me trouwens sterk af of het wel en goede zaak is dat ze het huidige parcours volgen.

Mobiliteit in het algemeen en Openbaar vervoer in het bijzonder is blijkbaar geen sinecure in een werelderfgoedstad.
Het historische stadslandschap moet gerespecteerd worden en daar hoort ook de straatbekleding bij. Asfalt is uit den boze maar klinkers zijn weer niet ideaal voor fietsers en hebben erg te lijden onder het zwaar verkeer van bussen. Mede daarom werd besloten om minder bussen door de 2 grootse winkelstraten te laten rijden en ook de Markt te vermijden.

foto: nieuwsblad

Dat nu de zogenaamde ‘gouden driehoek voor toerisme‘ overbelast raakt door bussen en dat de kleine Brugse straatjes niet echt berekend zijn op bussen is blijkbaar nog niet goed doorgedrongen in de beleidsruimten.
Bovendien staan  diverse bustrajecten nu niet meer in een beloopbare verbinding met elkaar (tenzij men helemaal tot het station blijft zitten om bv van lijn 14 naar lijn 1 over te stappen. De reistijd van lijn 14 is trouwens een stuk langer geworden nu de bus niet meer langs de Biekorf en Geldmuntstraat rijdt..

Is het echt nodig dat alle buslijnen steeds weer de hele stad doorkruisen?
Reeds jaren vragen mensen om een buslijn die de stadsdelen buiten het stadscentrum verbindt.
Eén van mijn buurvrouwen in St.-Jozef gaat bijvoorbeeld dagelijks haar man bezoeken in een WZC  gelegen in de nabijgelegen parochie St.-Pieters maar moet daarvoor eerst een bus naar de binnenstad nemen om daar op een bus naar St.-Pieters te wachten. Gemiddelde duur van deze onderneming: 1 uur (!)
Heel veel mensen hebben vrienden en kennissen wonen in de buitenring rond Brugge maar moeten steeds weer via het centrum. Sommigen hebben mede daarom hun busabonnement opgezegd en weer een wagen gekocht…

 

Inspraak en burgerparticipatie

In de richtlijnen van UNESCO wordt ruim aandacht besteed aan het belang van een goede communicatie met de inwoners. Het verhaal achter het cultureel erfgoed moet verteld worden. Wat dat betreft verdient de Erfgoedcel Brugge zeker een dikke pluim. Initiatieven als de Beeldbank, de Verhalenbank, de ontsluiting van het stadsarchief en diverse publicaties en evenementen zijn een toonaangevend voorbeeld voor veel andere steden.
Ook de samenwerking met de provinciale diensten ter zake werkt goed. (Tot nu toe, de toekomst is wat dit betreft onzeker daar de Provincie haar bevoegdheden inzake persoonsgebonden materies dreigt te verliezen)
Wat echte burgerparticipatie betreft is er nog een lange weg te gaan hoewel men hier en daar voorzichtige pogingen doet.
Men organiseert nog vaak bewonersvergaderingen waarin het voornamelijk de bedoeling is een RUP (Ruimtelijk Uitvoeringsplan) aan de bevolking voor te stellen zonder echt ‘meedenken’ te stimuleren, zelfs eerder in de hoop klachten of opmerkingen te vermijden.
Er zijn echter initiatieven waarbij omwonenden wel degelijk ‘mee kunnen denken’. In het project Stadsvaart werden in St-Kruis en in het parochiaal centrum bij de brug van Steenbrugge infomomenten en workshops gegeven waar omwonenden wel degelijk samen konden overleggen, ideeĂ«n konden bespreken, voor-of afkeuringen konden formuleren en de 8 haalbare voorstellen die uit de bus kwamen worden onderzocht voor het opstellen van het MER (milieueffectenrapport). De uiteindelijke beslissing is natuurlijk voor de Vlaamse regering maar het is een stap in de goede richting.
Mensen kunnen steeds klachten en bemerkingen formuleren op een RUP maar vaak is men zich daar niet van bewust en de drempel ligt vrij hoog als men zich niet van bij de verkenningsfase betrokken voelt in het (mobiliteits)project.
Daar de stadsvaart in Brugge voor de mobiliteit van elke Bruggeling van belang is heeft dergelijk project  onze blijvende aandacht zeker nodig.

Natuurlijk hoeven we niet steeds op inspraakmogelijkheden die ons van bovenaf gegeven worden te wachten om te zeggen wat we denken en veranderingen te eisen. Het is een deel van een ons cultuurhistorisch erfgoed dat Bruggelingen in opstand kwamen als graven, koningen en elites allerhande ons dingen oplegden die onaanvaardbaar waren.
Onze burgervader zegt dat hij de klacht van Andries Van Den Abeele serieus neemt en in de evaluatie zal bespreken.
Laten we vooral niet nalaten ook onze klachten te formuleren zodat hij ze serieus moet nemen en er in zijn beleidsplannen werk van gaat maken.
Als ons bestuur dat niet doet kunnen we hen ten allen tijde in woord en daad herinneren aan dit onderdeel van ons Werelderfgoed…

 

Comments are closed.